- Objectnummer02063
- TitelPortret van humanist Desiderius Erasmus (1467-1536).
- Vervaardiger
- Datum
circa 1540 - circa 1550
- Beschrijving
Portret van humanist Desiderius Erasmus (1467-1536). Op ronde achtergrond van hout, in medaillon, portret van Erasmus van terracotta in hoog relief gemodelleerd, naar rechts gewend. Kleur: gelaat vleeskleurig, hoofdbedekking en kleding zwart, haar grijs. Rondom een opschrift in goudkleurige letters, ook links en rechts van het portret is een opschrift geschilderd.
- Nu te zien in het museum
- Soort object
- CollectieGeschiedenis van Gouda
- TrefwoordenErasmus, portret, vrijhaven, klooster
- Materiaal
- Formaat
- diepte: 18.00 cm
diameter: 53.00 cm - Opschrift(en)
- soortopschrift
- positiehouten onderplaat, rondom rand
- inhoudDesiderius Erasmus Goudae Conceptus Roterodami Natus. Ao 1467. 28 Die Octob..
- beschrijvingGeschilderd in goudkleurige letters.
- soortopschrift
- positievoorkant, aan weerstzijden van het hoofd
- inhoudObiit Basileas Ao 1536 12 Julii
- beschrijvingGeschilderd in goudkleurige letters.
- Tentoonstelling(en)De stad verzamelt - 150 jaar Museum Gouda.2024-01-27 / 2025-02-16Museum Gouda
- Hoge Luchten. Schatten uit het Rijks.2022-12-10 / 2023-09-17Museum Gouda
- Erasmus. Ik wijk voor niemand.2016-02-06 / 2016-06-26Museum Gouda
- Uitgelezen. Over boekdrukkunst, boeken en lezen.2015-02-15 / 2015-05-17Museum Gouda
- Wereldberoemd in Gouda.2005-12-10 / 2006-01-29Museum Gouda
- 130 jaar Stedelijke Musea Gouda2004-07-04 / 2004-09-03Museum Gouda
- Erasmus and Spain2002-10-01 / 2002-12-15Biblioteca Valenciana
- LiteratuurGeschiedenis van Gouda.Abels, Paul H.A.M.afb. pag. 87
- 'Ik wijk voor niemand'.Pleij, Herman
- Ik ben een wereldburger.Kleijn, Gerard de
- The Seventh Window. The Kings's Window donates by Philip II and Mary Tudor to Sint Janskerk in Gouda (1557).Groot, Wim depagina 66afbeelding 12
- Gouda, een monument vol monumenten.Schouten, Janpagina 57 (afbeelding)
- Catalogus van het Stedelijk Museum te Gouda.catalogusnummer 267
- Documentatie
bron Wil Arts, voorzitter Erasmus Genootschap Gouda: "Recentelijk kwam ik bij toeval een eeuwenoude verwijzing tegen naar het Erasmusmedaillon in uw collectie die van belang is voor de tijdsbepaling van de tekst in de ring. In het restauratieverslag en de toelichting op het dendrochronologisch onderzoek staat geschreven dat de kans groot is dat die tekst een laat 19de eeuwse toevoeging is, maar dat eronder zich een oudere tekst bevindt die niet leesbaar was te maken zonder het medaillon te beschadigen. Bij Walvis (1714), noch bij Almeloveen (1694) op wie hij zich baseert, wordt die onderliggende tekst vermeld. Die is echter wel te vinden bij de Kampense dominee Gerardus Outhof die in 1732 een 'Leven van Desiderius Erasmus Roterodamus' publiceerde in het vijfde deel van 'Levensbeschryving van beroemde en geleerde mannen', Adriaan Wor en de Erve G. Onder de Linden, Amsterdam, 1732, p. 297 e.v. Op p. 302 schrijft hij '(…) binnen Gouda, op de keurlijke Stadts Bibliotheek in St. Jans Kerk, rondom een klein en houten Borstbeeldt van Erasmus, deze woorden staen: Gouda Conceptu, Roterodami Natis, dat is: Te Gouda ontvangen, te Rotterdam geboren'."
Zie restauratiedossier 02063 voor het rapport van de restauratie in 2012 door Patricia Ortiz en het verslag van het dendrochronologisch onderzoek door Stichting RING.
tekst van conservator Hans Vogels, geschreven naar aanleiding van de uitslag van het dendrochronologisch onderzoek (tevens gebruikt voor persbericht Museum Gouda, 7 juni 2012): Oude kunstvoorwerpen zijn vaak van hout gemaakt, schilders werkten vaak op eiken (paneel), beeldhouwers maakten altaarstukken, al dan niet beschilderd. Als je wilt weten wanneer een bepaald kunstwerk gemaakt is, dan biedt bij een houten voorwerp de dendrochronologie uitkomst. Dendro is boom, chronologie spreekt voor zichzelf. De kopse kant van gekapt hout heeft jaarringen, en afhankelijk van het klimaat en seizoenen zijn die dik (gunstig) of dun bij minder goede weersgesteldheid. Via een databank waarin geografische en klimaatgegevens zijn opgeslagen, alsmede gegevens van bomen waarvan de datering bekend is (bijvoorbeeld opdracht aan de kunstenaar) is aan de hand van de sequentie van de jaarringen vrij nauwkeurig te bepalen wanneer een boom gekapt is. Dat is dan natuurlijk nog hetzelfde als de datering van een kunstwerk, maar komt wel behoorlijk in de buurt. De gegevens van inmiddels diverse databanken wereldwijd die in de loop der jaren zijn opgebouwd, gaan op dit moment tienduizenden jaren terug. Museum Gouda heeft sinds haar oprichting in 1874 via (waarschijnlijk) de Stadslibrye een geboetseerd portret van de humanist Desiderius Erasmus (1467 – 1536) in de collectie. In 1714 wordt het portret eigenlijk voor het eerst genoemd door de stadshistoricus Ignatius Walvis in zijn ´Beschrijving der Stad Gouda’, hoewel het voordien ook al opgenomen was geweest in de inventaris van de Stadslibrye. ‘Erasmus, aangezocht, en borst-beeld, plat verheven, uit het Regulieren Klooster Emmaus gekomen, en door Hr. Cornelis Diephorst, laatste Regulier der Steinsche Kanonniken gelaaten, hangd tegen den muur. De geletterde (Theodoor) Almeloveen prijst het beelden vertoon der geleerden zeer hooggelijk, en wenscht dat alle boekkamers daar mede pronkten, om rechtschapene verstanden door het aanzien der zelvige tot leerlust op te wekken, en aan te zetten’. Volgens de overlevering zou het portret dus hebben gehangen in het Klooster van Stein, iets ten oosten van Gouda gelegen nabij Haastrecht. Dit is de plek waar tussen 1487 en 1492 Erasmus zijn opleiding zou hebben genoten. Het portret bestaat feitelijk uit twee delen. Het eigenlijke portret is vervaardigd uit terracotta, en beschilderd (polychroom). Dit portret en profile is bevestigd op een eikenhouten, ronde drager die zwart geverfd is en voorzien van geboorte- en sterfdatum van Erasmus, geschreven in gouden letters. Gezien die sterfdatum moet de houtendrager van na 1536 zijn. Kortgeleden is er begonnen met het restaureren van de beide onderdelen, een mooi moment om de ronde basis eens aan een dendrochronologisch onderzoek te onderwerpen om te kijken of de datering met wat grotere zekerheid te geven is. Marta Dominguez van de Stichting RING heeft op verzoek van Museum Gouda foto´s gemaakt van de kopse kant van de beide stukken houten waarvan de ronde basis is vervaardigd. Aan de hand van het aantal ringen, en vooral ook de variabele dikte daarvan, kon zij bepalen wanneer de boom gekapt was en bovendien waar de oorsprong lag van deze eik (Quercus sp.) Het onderzoek heeft het volgende uitgewezen. Op basis van de vergelijking van de jaarringen met de gegevens in de computer, moet de eik na 1524 gekapt zijn, de marge voor een wat later datum is ongeveer tot midden 16e eeuw. Gevoegd bij het feit dat het Klooster van Stein in 1549 door brand is verwoest en dat volgens de overlevering het portret daarvan afkomstig moest zijn, moet dit portret van Erasmus aldaar gemaakt zijn tussen sterfdatum 1536 en 1549. Dat gegeven was natuurlijk al enigszins bekend, maar zoals gezegd, via overlevering. De gegevens van het dendrochronologisch onderzoek bevestigen nu deze datering tussen 1536 en 1549. Gezien deze datering, dat wil zeggen het jaar van de kap van de eik, kan ook afgeleid worden dat de boom afkomstig is uit Polen, toendertijd kwam daar het beste eikenhout vandaan. De Nederlanden waren in de 16e en 17e eeuw zodanig dichtbevolkt, dat vrijwel al het hout nodig voor de bouw van huizen, maar ook zoals in dit geval, voor kunstwerken, per schip moest worden geïmporteerd. Vaak betrof dit Midden- en Oost-Europa, en tot aan de Tachtigjarige Oorlog (1568 – 1648) en de Dertigjarige Oorlog (1618 – 1648) was Polen de voornaamste leverancier van (eiken)hout, nadien vooral wat we tegenwoordig Duitsland noemen. Het eikenhout van het portret van Erasmus is derhalve van Poolse oorsprong, ook dat wordt door het onderzoek bevestigt. Resteert nog het portret zelf waaraan op dit moment door restauratrice Patricia Ortiz wordt gewerkt. Drager en portret zijn immers twee delen en kunnen in theorie op verschillende momenten gemaakt zijn. Daarvoor is echter aanvullend, en ook ander onderzoek nodig, met name waar het de ouderdom van de terracotta (gebakken klei) betreft. Dat onderzoek zal niet lang op zich laten wachten en daarvan doet Museum Gouda dan opnieuw verslag.
[Hoofdtitel] De snor van Erasmus. [Subtitel] Overwegingen bij het Goudse Erasmusportret in de collectie van museumgoudA. Ewoud Mijnlieff [Motto] 'Who could have imagined that Erasmus' sainthood might ride on the year of his birth'. ['And indeed on his place of birth' EM]. Een niet geslaagde poging tot stedelijke en ook monastieke trots, zo kan wellicht het portretmedaillon van Erasmus in de collectie van museumgoudA worden omschreven (afb. 1). Hij wordt hier enigszins gepresenteerd als Gouwenaar, want het opschrift vermeldt onder meer dat hij daar is verwekt (over de plaatsen waar hij werkzaam is geweest hebben we het hier maar niet, evenmin over de plaatsen waarmee hij of anderen zich/hem anderszins in de loop van de tijd identificeerde): 'Desiderius Erasmus verwekt te Gouda en geboren te Rotterdam in het jaar 1467, gestorven te Bazel op 12 juli 1536'. Van geen ander portret is een dergelijk opschrift bekend, dat binnen het hier gestelde kader misschien enigszins provocerend mag worden opgevat. De tekst is in overeenstemming met hetgeen Marcus Boxhorn vermeldt toen deze de humanist ten tonele voerde als een van de glories van Holland. In een opdracht aan de Staten van Holland riep hij de stad Rotterdam aan als 'U bracht de grote Erasmus voort die in Gouda is verwekt.' Of deze formulering al vóór Boxhorn is gebruikt, is mij niet bekend. De poging tot stedelijke en monastieke trots zou als niet geslaagd mogen worden beschouwd, omdat Erasmus tegenwoordig niet als Gouwenaar wordt gezien, maar als Rotterdammer. Volgens de traditie is het portret afkomstig uit en daarmee wellicht gemaakt in opdracht van het Regulierenklooster Emmaus te Stein, waar Erasmus in de jaren 1487-1492 verbleef. In zijn correspondentie keek hij meermalen met tegenzin terug op deze periode. Toch bleef hij met een paar oude bekenden uit het klooster epistolair contact houden. Volgens de overlevering is het reliëf door Cornelis Arendsz. Diephorst, de laatste bewoner van het klooster, in de Goudse librije terechtgekomen. Het wordt regelmatig genoemd in oude inventarissen van de stadsbibliotheek. In de librije heeft pastoor Ignatius Walvis het gezien. Deze noteerde voor zijn in 1714 verschenen onder de titel Beschryving der Stad Gouda verschenen stadsgeschiedenis: 'Erasmus aangezicht, en borst-beeld, plat verheven, uit het Regulieren Klooster Emmaus gekomen, en door Hr. Cornelis Diephorst, laatste Regulier der Steinsche Kanonniken gelaaten, hangd tegen den muur. De geletterde [Theodoor] Almeloveen, prijst het beelden vertoog der geleerden zeer hooggelijk., en wenscht dat alle boekkamers daar mede pronkten, om rechtschapene verstanden door het aanzien der zelvige tot leerlust op te wekken, en aan te zetten.' Het humanistische thema van het portret dat tot studie moet aansporen stond centraal in het bewustzijn van Erasmus zelf. De door Walvis geciteerde doelstelling door Almeloveen is hiermee volledig in overeenstemming. Het portret is zeker ontstaan na het overlijden van de geleerde dat immers in het opschrift wordt vermeld. Bovendien moet het, indien de overlevering correct is, zijn gemaakt vóór 1549, het jaar waarin het klooster te Stein in vlammen opging. Het materiaal waarvan het reliëf is gemaakt, is in het verleden veelal omschreven als hout of metaal. Het portret lijkt echter gemodelleerd uit klei die is gebakken, polychroom beschilderd en met een paar krammen op een houten paneel bevestigd. Het portrettype gaat terug op dat van de renaissancepenning die op zijn beurt weer is geïnspireerd op het Romeinse keizerportret, met dit verschil dat het portret van Erasmus niet volledig en profil is weergegeven maar enigszins en trois quart. Gezien het toegepaste portrettype wilden Erasmus' vroegere medebroeders hem als humanist eren en ten voorbeeld stellen aan zijn en hun opvolgers, zoals ook Walvis het geheel in overeenstemming met de humanistische traditie stelde. Wat zouden de Goudse Regulieren van hem hebben gevonden om hem aldus te eren met dit portretmedaillon? Erasmus was op zijn minst dubbelzinnig in zijn houding tegenover de Steinse jaren. Ondubbelzinnig was echter het streven naar bestudering en navolging van de klassieken, meer in het bijzonder van goed onderlegde geleerden die tevens heiligen waren, zoals Cyprianus, Hiëronymus en Augustinus die de sancta eruditio mogelijk maakten. Maar ook vele andere auteurs die eveneens waren vertegenwoordigd in de bibliotheek van Stein. Het niet-geautoriseerde Goudse handschrift met de eerste versie van het Antibarbarorum liber laat geen misverstand bestaan over Erasmus' streven. Ook de andere monniken aldaar, Cornelius Gerard voorop, hebben in Erasmus'streven daarnaar door middel van noeste arbeid waarschijnlijk een beslissende rol gespeeld. Dat streven zou dan opnieuw worden bevorderd door beschouwing van het portret van Erasmus als grootste zoon van Stein in de kloosterbibliotheek aldaar. Een andere vraag die kan worden gesteld bij het Goudse Erasmusportret is of sprake is van werkelijke gelijkenis. Het portret moet vanzelfsprekend gelijken: het dient immers de lijfelijke aanwezigheid van de geportretteerde te vervangen. Daarmee lijkt de intimiteit van het portret welhaast die van de brief te overstijgen. Toch zijn het de brief en ook het boek die juist in een paar van de belangrijkste portretten van Erasmus prominent figureren, bijvoorbeeld in de diptiek die Quentin Metsys van Erasmus en Peter Gillis die het leerlingschap van Gillis en het meesterschap van Erasmus tot onderwerp had, zoals op uitdagende wijze is betoogd door Lisa Jardine. Geheel in overeenstemming met het adagium 'Beter dan door deze beeltenis kan men mij kennen door mijn werk', hetgeen dan ook de titel is voor het door haar opgestelde betoog. Erasmus maakte zich in zijn geschriften zowel als zijn portretten als leermeester kenbaar. Al is er geen 'inhoudelijke' aanleiding om het Goudse portret deze functie toe te kennen, dat het deze wel degelijk vervulde blijkt wel uit de plaats waar het zich bevond en uit het citaat van Walvis. Spot, altijd weer is het de spot die Erasmus mondhoeken lijkt te doen krullen. En dan die neus en niet te vergeten zijn baret. Dat is het beeld van Erasmus dat naar voren komt in de prachtig doorwerkte portretten van Holbein, Dürer en Metsys. Met alle verschillen lijkt het voorbeeld voor het Goudse Erasmusportret een van de profielportretten van Erasmus te zijn geweest, mogelijk de portretpenning die door Metsys is gemaakt (afb. 2). Ook daar is een randschrift aangebracht, dat in het Goudse portret is vervangen door de al aangehaalde tekst. Ook in het Goudse Erasmusportret lijkt de karaktereigenschap van de spot de boventoon te voeren. Erg natuurgetrouw mag het portret echter niet worden genoemd, eerder wat onhandig: de altijd aanwezige vouw langs de mond is hier tot een diepe voor geworden, de mond lijkt op een mond waar het kunstgebit uitgehaald is. Daar komt nog bij dat er, als ware het kladwerk van een kwajongen, een dun snorretje onder de neus van de humanist prijkt (afb. 3). Het doet op zijn minst het vermoeden rijzen dat het in een later stadium is overschilderd, zoals in de lijvige Rotterdamse Erasmuscatalogus uit 1969 al werd vermoed (zie noot 2). Deze constateringen doen enige twijfel rijzen over de authenticiteit van het Goudse portret dat pas in de zeventiende eeuw in stadsbezit zou zijn geraakt. Nader onderzoek is dan ook geboden, in de eerste plaats dendrochronologisch onderzoek naar de drager. Op grond van het tellen van de jaarringen van de houten drager, waarschijnlijk eikenhout, kan worden vastgesteld wanneer de boom moet zijn geveld waaruit het paneel is gehaald. Voorts dient de verflaag en het daaronder schuilgaande materiaal nader te worden onderzocht op de samenstelling en de gelaagdheid. Onderzoek dat in de nabije toekomst hopelijk zal worden verricht en de vraag kan beantwoorden of het Goudse Erasmusportret werkelijk identiek is aan het portret dat in verschillende documenten vanaf de zeventiende eeuw wordt genoemd. Een portret dat blijkbaar een positie wil innemen in de discussie over de al dan niet Goudse oorsprong van deze geleerde.
Zie documentatiemap 02063 voor diverse informatie.
- Tekstentekst tentoonstelling 'De stad verzamelt' (2024) NL
Dit jaar wordt Museum Gouda 150 jaar! Het museum begon met ruim duizend voorwerpen die Gouwenaars inbrachten na een oproep in de krant. Deze ‘Goudsche Oudheden’ werden tentoongesteld in het gebouw Arti Legi aan de Markt ter ere van het 600-jarig bestaan van de stad. De tentoonstelling was zo’n succes dat er in 1874 een stedelijk museum werd opgericht. In deze zaal krijg je een beeld van hoe het museum er in het begin uitzag. De voorwerpen van toen vormen nog altijd de kern van onze bijzondere collectie.
Goudse helden
Een poging tot stedelijke trots, misschien is dat de beste omschrijving van dit portret van Erasmus. De beroemde humanist wordt hier eigenlijk gepresenteerd als Gouwenaar, want het opschrift vermeldt dat hij in Rotterdam is geboren, maar in Gouda is verwekt. Twee andere helden
van de stad zijn de gebroeders Wouter en Dirck Crabeth. Zij maakten in de tweede helft van de 16e eeuw een flink aantal gebrandschilderde ramen voor de Goudse Sint-Janskerk. De portretten links en rechts zijn in bruikleen van de kerk en vermoedelijk gemaakt door een schilder uit de omgeving van nog een Goudse held: de in deze stad geboren kunstenaar Cornelis Ketel. - tekst tentoonstelling 'De stad verzamelt' (2024) ENG
This year, Museum Gouda celebrates its 150th birthday! The museum started with over a thousand objects that Gouda citizens contributed after an appeal in the local newspaper. These ‘Gouda Antiquities’ were exhibited in the Arti Legi building on the Markt in honour of the city’s 600th anniversary. The exhibition was such a success that a municipal museum was established in 1874. This room gives you an idea of what the museum looked like in the beginning. The objects from back then still form the core of our extraordinary collection.
Gouda heroes
Perhaps the best way to describe this portrait of Erasmus is ‘an attempt at urban pride’. The famous humanist is actually presented here as a citizen of Gouda; as the inscription states, he was born in Rotterdam, but was conceived in Gouda. The brothers Wouter and Dirck Crabeth are two more of the city’s heroes. They made quite a few stained-glass windows for Gouda’s Sint-Janskerk in the second half of the 16th century. The portraits on the left and right are on loan from the church and were probably by a painter close to another Gouda hero: the artist Cornelis Ketel, who was born in the city. - tekst vaste opstelling NL (2021)
De wereldberoemde humanist Erasmus vecht met satire en spot tegen de misstanden van de Katholieke Kerk. Dit portret is een aantal jaar na overlijden in 1536 gemaakt. Geheel in de Nederlandse poldertraditie probeert men Erasmus als Gouwenaar te claimen: Goudae Conceptus, Roterodami Natus (in Gouda verwekt, in Rotterdam geboren). Erasmus was in ieder geval leerling van de Latijnse school in Gouda en zat in het nabijgelegen klooster van Stein.
Portret van Desiderius Erasmus
1540-1550 | Noordelijke Nederlanden - tekst vaste opstelling ENG (2021)
The world-famous humanist Erasmus confronted the abuses of the Catholic Church with satire and mockery. This portrait was made a couple of years after his death in 1536. Given the long- standing rivalries between cities, the people of Gouda tried to claim him Erasmus as one of their own: Goudae Conceptus, Roterodami Natus (conceived in Gouda, born in Rotterdam). In any case, Erasmus attended the Latin school in Gouda and lived in the nearby monastery in Stein.
Portrait of Desiderius Erasmus
1540-1550 | Northern Netherlands - tekst vaste opstelling NL (2013)
Portret van Desiderius Erasmus
Noordelijke Nederlanden, 1536 – 1549
Gebakken roodbakkende klei (terracotta), polychroom beschilderd, gemonteerd op eikenhouten paneel
opschrift:
‘DESIDERIUS ERASMUS GOUDAE CONCEPTUS. ROTERODAMI NATUS . Ao 1467. 28 Die Octob:’ (verwekt in Gouda, geboren in Rotterdam op 28 oktober 1467)
en ‘Obiit Basile Ao 1536 12 julii’
(overleden te Basel op 12 juli 1536)
In 2012 is dit portret gerestaureerd. Het portret is schoongemaakt en diverse verflagen zijn verwijderd, waardoor de originele kleuren van 1536-1549 weer zichtbaar zijn geworden. Ook het eikenhouten paneel is schoongemaakt en is bovendien dendrochronologisch onderzocht omdat niet zeker was wanneer het portret gemaakt is. Jaarringen van het hout zijn vergeleken met een Europese databank. Hieruit bleek dat de Poolse boom waaruit het paneel vervaardigd is, gekapt is tussen 1524 en 1550.
De datering van de tekst is nog niet duidelijk, deze is mogelijk zelfs aangebracht in de 19e eeuw. Onderzoek leerde dat er mogelijk een eerdere tekst onder de huidige verflaag zit, maar omdat dit onzeker was, is er voor gekozen de huidige tekst intact te laten. - tekst vaste opstelling NL
Noordelijke Nederlanden, Holland ca. 1536-1549?
Desiderius Erasmus (Rotterdam ca. 1467 – Basel 1536)
klei, polychroom beschilderd, op houten paneel
diameter 53 cm, diepte 18cm
Opschrift: ‘DESIDERIUS ERASMUS GOUDAE CONCEPTUS. ROTERODAMI NATUS . Ao 1467 . 28 DIE OCTOB.’ rond het portret en ‘OBIIT BASILE / Ao 1536 12 JULII.’ aan weerszijden.
Een poging tot stedelijke en ook monastieke trots, misschien is dat de beste omschrijving van dit portret van Erasmus. De beroemde humanist wordt hier eigenlijk gepresenteerd als Gouwenaar, want het opschrift vermeldt dat hij daar is verwekt, hoewel geboren in Rotterdam en gestorven in Bazel. Deze formulering is (onder meer) terug te vinden in Marcus Boxhorns Beschrijving van Holland uit 1632.
Volgens de traditie is het portret afkomstig uit en ook gemaakt in opdracht van het Regulierenklooster Emmaus bij Stein. Erasmus verbleef hier in de jaren 1487-1493. In zijn correspondentie keek hij meermalen met tegenzin terug op deze periode. Toch bleef hij met een paar oude bekenden uit het klooster contact houden.
Pastoor Ignatius Walvis noteerde in zijn in 1714 onder de titel Beschryving der stad Gouda verschenen stadsgeschiedenis: ‘Erasmus aangezicht, en borst-beeld, plat verheven, uit het Regulieren Klooster Emmaus gekomen, en door Hr. Cornelis Diephorst, laatste Regulier der Steinsche Kanonikken gelaaten, hangd tegen den muur. De geletterde [Theodoor] Almeloveen, prijst het beelden vertoog der geleerden zeer hooggelijk, en wenscht dat alle boekkamers daar mede pronkten, om rechtschapene verstanden door het aanzien der zelvige tot leerlust op te wekken, en aan te zetten.’ Een portretmedaillon met zijn beeltenis wordt in ieder geval regelmatig genoemd in oude inventarissen van de voormalige stadsbibliotheek. Of deze vermeldingen zich laten betrekken op het hier getoonde portret is (nog) niet met zekerheid vast te stellen. Het medaillon maakt al sinds de oprichting van het museum in 1874 deel uit van de collectie.
Het kwalitatief niet bijzonder hoogstaande portret is zeker ontstaan na het overlijden van de geleerde dat immers in het opschrift wordt vermeld. Bovendien moet het, als de overlevering correct is, zijn gemaakt vóór 1549, het jaar waarin het klooster te Stein in vlammen opging. Het materiaal waarvan het reliëf is gemaakt is in het verleden veelal omschreven als hout of metaal. Het portret is echter gemodelleerd uit klei die is gebakken, polychroom beschilderd en op een houten paneel bevestigd.
Het type portret gaat terug op de renaissance penning die op zijn beurt weer is geïnspireerd op het Romeinse keizerportret, met dit verschil dat het portret niet volledig en profil maar enigszins en-trois-quart is. Gezien het toegepaste portrettype wilden Erasmus’ vroegere medebroeders hem ongetwijfeld als humanistisch geleerde eren en ten voorbeeld stellen aan zijn opvolgers, zoals ook Walvis het in overeenstemming met de humanistische traditie stelde.
Museum Gouda, inv. nr. 02.063


